Candea College aan de slag met VR-lessen

tekst: Francien van Zetten

‘Supergaaf’, oordeelt Dex (12) over de nieuwe maatwerklessen met virtual reality (VR) op het Candea College in Duiven. ‘Met de VR-bril op kom je in een andere wereld, waarin je kunt tekenen en speciale effecten kunt gebruiken.’

Acht scholieren van het Candea College in Duiven werken met VR-brillen op aan de opdracht ‘Teken een plant, die op de planeet Mars zou kunnen groeien’. De leerlingen staan in een virtueel afgebakende ruimte van ruim een meter om zich heen en tekenen, voor de toeschouwer, als het ware in de lucht. Met controllers in beide handen bedienen ze het tekenprogramma en trekken ze lijnen en cirkels. Op het scherm in hun bril zien de scholieren wat ze tekenen en kunnen ze verschillende functies activeren.

Tekenen in virtuele wereld

‘Het leek me leuk en interessant om met VR iets te doen’, verklaart Dex (12) zijn keuze voor de VR-maatwerklessen. Hij is enthousiast: ‘Het is supergaaf. De eerste lessen hebben we geoefend met de VR-bril om te begrijpen hoe die werkt. Nu zijn we aan het tekenen in de virtuele wereld. Daarbij kun je in je tekening heen en weer lopen en gebruik maken van speciale effecten. Ik heb bijvoorbeeld glitters gebruikt om een sterrenhemel als achtergrond te maken.’

VR-lessen in brugklassen

Mike de Beijer is technisch onderwijsassistent (TOA) en docent VR op het Candea College. Als lid van het Ontwikkelteam XR (vanuit de Sterk Techniekonderwijs-gelden) heeft hij de VR-lessen ontwikkeld. De opzet is om scholieren op alle niveaus te laten kennis maken én te laten ervaren wat er met nieuwe technologieën mogelijk is.

Individueel werken

Docent De Beijer beantwoordt vragen van de leerlingen, die individueel werken aan hun opdracht. ‘Meneer het gaat niet goed’, zegt een van de scholieren. De Beijer controleert de bril en daarna de controllers. Hij constateert dat de batterij in een van de controllers leeg is. ‘Moment, ik pak even een nieuwe batterij.’ Het euvel is snel verholpen en leerling gaat weer verder met de opdracht. De scholieren zijn geconcentreerd en enthousiast bezig. Af en toe reageert er iemand hardop op wat er in de virtuele wereld gebeurt: ‘Wow, dit ziet er cool uit.’ Aan het eind van de les bekijkt De Beijer om de beurt de verschillende VR-brillen en beoordeelt de tekeningen. Eén VR-bril is aangesloten op een computer en een groot scherm in het lokaal, zodat je ook zonder VR-bril op kunt zien wat de scholier aan het doen is. ‘Het zou mooi zijn als we die verbinding met alle acht de VR-brillen kunnen maken’, zegt De Beijer. ‘Dan kan het scherm in acht vakjes verdeeld worden en kan ik beter volgen wat de scholieren doen. Dat is iets om te verbeteren.’

Fantasie gebruiken

Ziva (12) is rustig met de VR-bril op aan het werk. Aan het eind van de les heeft ze onder meer een ‘vlammende vuurplant’ getekend. ‘Thuis heb ik ook een VR-bril, daar probeer ik nieuwe dingen mee te doen’, vertelt ze. ‘Dit tekenprogramma kende ik nog niet. Het is leuk, want je kunt je fantasie gebruiken. Op Mars heb je vuur nodig, daarom heb ik een vuurplant gemaakt.’

Programmeur worden

Dima (13) meldt dat hij programmeur wil worden. ‘Ik denk dat ik dan ook met VR ga werken.’ Hij vindt de VR-lessen interessant en spannend. In het begin had hij moeite met het verschil tussen de virtuele en de reële wereld, vertelt hij. ‘Op de VR-bril zag ik een stoel, die wilde ik met mijn handen pakken, maar dat kon natuurlijk niet. Dat is een raar gevoel. Nu weet ik dat ik de stoel in de virtuele wereld met behulp van de controllers kan pakken.’

Architectuurprogramma: virtueel bouwen

Er zijn acht VR-maatwerklessen, waarbij de scholieren met twee verschillende programma’s leren werken: het teken- en schilderprogramma Open Brush en Arkio, een architectuurprogramma. De Beijer meldt aan het eind van de les dat de scholieren de volgende les aan de slag gaan met het architectuurprogramma. ‘Dan gaan jullie met vaste vormen werken en een gebouw maken of een stadswijk inrichten.’